Wortelpappardelle met wijting en kruidensaus
Ingrediënten
Bereidingswijze Wortelpappardelle met wijting en kruidensaus
Stap 1
Snipper de ui. Hak de knoflook, peterselie en basilicum fijn. Schil de wortels met een dunschiller en schaaf ze daarna ook met de dunschiller in lange dunne repen van 2 cm breed.
Stap 2
Verdeel de wijting in gelijke stukken (1 per persoon). Wrijf de wijting in met zout, peper en citroensap en wentel de filets door de bloem. Schud het overtollige bloem eraf. Verwarm de helft van de olijfolie in een koekenpan en bak de filets in 4-6 minuten mooi bruin en gaar, keer ze na 2-3 minuten.
Stap 3
Kook intussen de wortelpappardelle in een pan met ruim kokend water en wat zout in 3-4 minuten beetgaar.
Stap 4
Verwarm de resterende olijfolie in een hapjespan en fruit de ui en knoflook zachtjes glazig. Roer de peterselie en het basilicum erdoor en schenk de wijn erbij. Verwarm al roerend 2-3 minuten tot het een lekkere jus wordt.
Stap 5
Laat de wortel in een vergiet uitlekken en schep de repen wortel door de jus. Verdeel de wortelpappardelle over warme diepe borden en leg de wijting erop. Schep de aioli op de wijting.
